De pottenbakkerswerkplaats: de transformatie van klei

Tot aan de mechanisatie en de elektriciteit waren de technieken en gereedschappen van de Périgordine pottenbakker sinds de Middeleeuwen nauwelijks geëvolueerd.

De grondstoffen waren in essentie die welke lokaal werden gevonden: zeer kaolienachtige klei, windzand, mangaan, water en hout. Loodsulfaat en koperoxide moesten worden gekocht.

De pottenbakker haalde de klei eruit, bereidde de kleipasta door deze te kneden, draaide deze op de draaischijf van de pottenbakker, vulde de potten met hun handvaten en afwerking, liet ze drogen, bereidde het glazuur van lood, klei, zand en water en verniste de potten daarna in een pottenbakkersoven op 1000° C.

Illustraties:

– Foto van Jean Chevalier Lavaure (1866-1942) in zijn atelier in Faye in Beauronne in de jaren twintig. (Collectie Mari-José Villsuzanne)

– Foto van een kleigroeve in Beauronne in 2007 (foto Alain Devise © Musée André Voulgre)

– Plaquette van Jean Chevalier Lavaure, pottenbakker in Beauronne (1866-1942). (© Musée André Voulgre)

– Foto van het atelier van de pottenbakker Jean Chevalier Lavaure de Faye in Beauronne [of op de muur links van de pottenbakkersschijf…] (© Musée André Voulgre)

– Voor schetsen: draaiende staalsoorten, laadrollen en naad voor klei